Omgaan met het verleden is de kern van vooruitgang

15 mei 2020

Net een paar maanden bezig als algemeen directeur bij PAX vindt Anna Timmerman zich thuiswerkend terug onder de hoogslaper van haar zoon. Ver weg van Irak, Zuid-Soedan, Oekraïne en Colombia, duizenden kilometers van de gebieden waar PAX werkt. Ze was er graag heen gegaan om de mensen met wie PAX werkt aan vrede te leren kennen, maar de coronacrisis zette daar een streep door. Nu belt Timmerman ze stuk voor stuk op, om te zien hoe het coronavirus in de (post)conflictgebieden huishoudt. En of de machthebbers luisteren naar de bevolking, voor wie deze crisis bovenop de ellende komt waar ze al in zaten.

———-
Anna Timmerman in gesprek over vrede in tijden van corona.
Aflevering 4: Kosovo
———-

Voor het vierde gesprek belt Anna met Jovana Radosavljevic, oprichtster van New Social Initiative in Kosovo, een partnerorganisatie van PAX. In Kosovo bestaan nog altijd grote spanningen tussen de Kosovaars-Albanese meerderheid en de Kosovaars-Servische minderheid. De bevolkingsgroepen leven compleet gescheiden van elkaar en spreken zelfs niet dezelfde taal. In deze gespannen situatie probeert NSI de stem van gewone burgers gehoord te krijgen. Ze organiseren ‘closed door’ sessies waar politiek gevoelige onderwerpen besproken kunnen worden en ontwikkelen online tools en webplatforms waar burgers alle plannen van lokale overheden kunnen lezen. Samen met PAX werkt NSI aan de programma’s citizen participation in local decision making en dealing with the past.

Anna: ‘Hallo Jovana, wat fijn om je te spreken. Helaas wel via Skype omdat we door het coronavirus voorlopig niet kunnen reizen, hoe gaat het met je?’

Jovana: “Ja, wat fijn om je te spreken. Het gaat goed met me, het is erg interessant om te zien hoe de situatie rondom corona zich hier ontwikkelt. Gelukkig zijn er nog niet veel mensen getroffen door het virus. Zoals je misschien weet is de regering hier in Kosovo een tijdje geleden gevallen, maar ondanks dat we dus eigenlijk geen regering hebben pakken ze de situatie heel goed aan. Ze waren meteen heel proactief, ook in het bereiken van de Servisch sprekende mensen hier.”

“Dit in tegenstelling tot Servië, waar het een grote rotzooi is. Daar maak ik me zorgen om, omdat dat ons hier in Noord-Kosovo ook raakt. De grens is officieel op slot maar er zijn allerlei geheime weggetjes gewoon open waardoor de grens zo lek als een mandje is. Alternatieve routes die normaal gesproken worden gebruikt als smokkelroutes, worden nu gebruikt om tussen Servië en Kosovo te reizen. In Servië hebben ze heel lang niets gedaan om corona in te dammen. Er moesten eerst nog verkiezingen gehouden worden dus werd de hele situatie gebagatelliseerd. Politici noemden het zelfs het belachelijke virus. Alles is nog open in Servië; nachtclubs, winkels, restaurants, overal zijn mensen. En ondertussen wordt er gelogen over het aantal getroffenen.”

“Dat is voor ons heel zorgelijk omdat we er tussenin zitten. Voor veel Kosovaarse-Serviërs was het onduidelijk welk beleid we moesten volgen, dat van Kosovo of dat van Servië? Welk beleid je volgt heeft grote invloed op hoe het verder gaat.”

Anna: ‘Mag je naar buiten?’

Jovana: “In Kosovo was het beleid eerst heel streng. Iedereen moest in quarantaine, mensen mochten alleen op bepaalde tijden naar buiten, naar de winkel of wandelen. Maar niemand mocht buiten zijn eigen stad of dorp. Nu zitten we in de tweede fase, iedereen heeft twee tijdslots per dag om naar buiten te gaan. Wij als NGO mogen nog niet naar kantoor. Misschien na 18 mei of 1 juni.”

Anna: ‘Hoe is het gezondheidssysteem in Kosovo?’

Jovana: “Dat zit heel complex in elkaar, eigenlijk heb je hier twee verschillende gezondheidssystemen. Een Kosovaars systeem en een Servisch systeem voor Kosovaarse-Serviërs. Dat laatste is het meest geavanceerd, dat is een mooie erfenis van het socialisme, toen gezondheidszorg gratis was. De Servische gezondheidszorg is nog steeds in veel betere staat dan de Kosovaarse maar deze pandemie heeft ook positieve uitwerkingen. Kosovo staat nu Servische dokters toe om hier te komen helpen. En voor het eerst was er een persconferentie waarin twee burgemeesters uit verschillende gebieden samen de mensen opriepen de Kosovaarse regels te volgen. Dat is een belangrijke stap tijdens een pandemie.”

Anna: ‘Is er een groot verschil tussen wat nationale en regionale politici zeggen en doen?’’

Jovana: “Zeker, als je een Serviër in Kosovo bent moet je altijd op twee niveaus naar de politiek kijken. De Kosovaarse overheid kwam meteen met een goede respons, helemaal gefocust op het indammen van de virusuitbraak. De Servische gemeenschap in Kosovo heeft maar 1 politieke partij, die alles beslist voor ons en volledige steun heeft van Belgrado. Er is geen enkele noemenswaardige oppositie. Dus bij de uitbraak van corona kunnen lokale politici niet ingaan tegen de wil van Belgrado. Wij hebben dus niemand hier waarbij we onze zorgen kunnen uiten. De mensen hier hebben ook geen vertrouwen in de Kosovaarse oppositie omdat er bijna geen communicatie is tussen de verschillende gemeenschappen.”

Anna: ‘Hoe past jullie werk in deze situatie?’

Jovana: “Toen we begonnen in 2017 wilden we in kaart brengen met welke problemen mensen worstelen en welke oplossingen nodig zijn. We wilden een maatschappij waarin we samenwerken en samen nadenken. De platforms die we, met behulp van PAX, hebben opgericht dienen als officiële website voor de regio’s. Daar kunnen mensen de informatie vinden waar ze recht op hebben. We moeten dat wel voorzichtig aanpakken, hoe komen we met oplossingen waar iedereen wat aan heeft zonder dat we mensen beledigen? Een van de grootste uitdagingen is dat we om moeten gaan met grieven uit het verleden, politici gebruiken die oude pijn nog steeds voor politiek gewin.”

“Aan de ene kant zeggen politici dat ze willen samenwerken, vooruit willen en verandering willen, zeker als ze met Brussel communiceren. Maar als ze met hun eigen achterban praten slaan ze een hele andere toon aan, zoals het niet erkennen van de staat Kosovo. Er is een groot gebrek aan bereidheid van Servië om de kwesties van het verleden aan te pakken. De volgende fase van de dialoog is zo ontzettend belangrijk. En juist het omgaan met het verleden moet centraal staan, dat is de kern van vooruitgang.”

“Helaas borduurt de Kosovaarse politiek voort op oude politiek, met mensen uit de oude regimes. En we hebben allemaal het slachtoffer syndroom, iedereen in de Westelijke Balkan ziet zichzelf als slachtoffer waardoor we niet verder komen. Daar spelen de media ook een cruciale rol in.”

Anna: je bent heel uitgesproken, heeft dat invloed op jouw veiligheid?

Jovana: “Ik ben nogal uitgesproken, ja. Ik wil het maatschappelijk middenveld in leven houden. In de Servische gemeenschap heeft het maatschappelijk middenveld geen goede reputatie. We worden gezien als buitenlandse krachten die de soevereiniteit ondermijnen. Het is moeilijk om die perceptie te veranderen, maar we blijven het proberen. Zelfs overheidsinstellingen willen niet echt met ons samenwerken. Als we te kritisch zijn en corruptie en gebrek aan oppositie zouden aankaarten, zouden we niet lang meer bestaan. We moeten nadenken over hoe we onze boodschap brengen. Dit is wel iets aan het veranderen. Mensen besteden nu niet zoveel aandacht aan ons. Dus we moeten goed nadenken over hoe we communiceren. Het is een langzaam proces, maar we gaan vooruit.”

Anna: ‘Houd je hoop?’

Jovana: “Absoluut! Maar het hangt allemaal af van de beleidsmakers, zij bepalen de toon. Het maatschappelijk middenveld kan maar een beetje doen en het gebrek aan politieke pluriformiteit baart me zorgen.”

Anna: ‘Zie je hierin een rol weggelegd voor vrouwen? Hebben zij een stem?’

Jovana: “Vergeleken met een paar decennia geleden is er enorme vooruitgang geboekt. Onze grondwet is ook heel inclusief, voor de wet zijn mannen en vrouwen helemaal gelijk. Maar ook al staan er steeds meer vrouwen op om een leidinggevende rol te eisen, zij hebben absoluut nog geen gelijke kansen. Vrouwen hebben geen posities waarin zij de beslissingen nemen. Ze mogen niet meepraten over serieuze zaken als veiligheid of de dialoog, dat zijn nog steeds mannenzaken. Vrouwen mogen meepraten over gendergelijkheid, haha. Dat moet veranderen, vrouwen moeten de leiding nemen en deze ook durven te pakken. Vrouwen moeten brutaler zijn!”

“Overal volgen meisjes nu onderwijs, ook op het platteland, ook Roma meisjes. Dat is heel goed. Maar ze moeten daarna nog steeds trouwen, kinderen krijgen en het huishouden doen. Vrouwen moeten wel vijf banen tegelijk doen, dat is geen goede positie om een carrière te starten.”

Anna: ‘Wat is je droom voor Kosovo?’

Jovana: “Ik wil dat de betrekkingen tussen Pristina en Belgrado normaliseren. Eén die als kern heeft; hoe om te gaan met het verleden en hoe gaan we dat aanpakken? Dat is de enige manier waarop we brandende kwesties zoals corruptie, een onderontwikkelde economie en werkloosheid kunnen aanpakken. Nu kunnen we niets doen, want het is voor politici altijd zo gemakkelijk om Servië de schuld van alle problemen te geven. Het is nog steeds niet veilig om dat als probleem op te werpen. Dit zijn grote dromen hoor! Maar na 2/3 van mijn leven in onzekerheid te hebben geleefd durf ik wel te zeggen dat iedereen hiervan droomt. Al twintig jaar kan niemand plannen maken omdat iedere kleine actie tot een nieuwe crisis kan leiden. Dus wat we echt nodig hebben, is meer stabiliteit zodat mensen eindelijk plannen kunnen gaan maken om hun leven te leven.”

Lees ook:

Schrijf je in voor de nieuwsbrief