Krijgsmacht van de toekomst

28 maart 2013

krijgsmachtGisteren organiseerden Clingendael en NGIZ een seminar over de toekomst van de Nederlandse krijgsmacht. Hieronder de bijdrage van Jan Gruiters aan dit seminar.

“Er bestaan opmerkelijke overeenkomsten tussen ontwikkelingssamenwerking en defensie. Beiden moeten zich steeds aanpassen aan een snel veranderende wereld waarin vraagstukken onbepaald en onbegrensd zijn. Beiden lijken in de toekomst zowel meer noodzakelijk als minder vanzelfsprekend. Beiden blijken “easy targets” in opeenvolgende bezuinigingsrondes. Beiden konden lang rekenen op een breed draagvlak in de samenleving maar noch de hulporganisaties noch de krijgsmacht slaagden er in veel maatschappelijk protest tegen de bezuinigingen te mobiliseren. Daarmee is voor de komende jaren het financiële speelveld bepaald.

Geen enkel onderdeel van de overheid heeft zo hartgrondig over zijn toekomst nagedacht als de Krijgsmacht. Een ruim 300 pagina’s dik Eindrapport Verkenningen (2010) getuigt daarvan. De ondertitel van dit kloeke rapport is: Houvast voor de krijgsmacht van de toekomst. Nu we enkele kabinetten en bezuinigingsrondes verder zijn kunnen we vaststellen dat het rapport de krijgsmacht in politiek opzicht weinig houvast heeft geboden. Voor zover er politiek debat was ging dat over missies en middelen maar niet over toekomst en visie. Opeenvolgende ministers hebben de veelzijdig inzetbare krijgsmacht klakkeloos politiek omarmd…. en achteloos financieel onmogelijk gemaakt.

De minister van Defensie mag nu i.o.m. haar collega bij Buitenlandse Zaken opnieuw een visie op de toekomst van de krijgsmacht formuleren, maar dan wel binnen bestaande financiële kaders.
IKV Pax Christi onderkent als vredesbeweging het belang van een breed maatschappelijk draagvlak voor de krijgsmacht. In alle bescheidenheid hebben wij daaraan ook bijgedragen. Door in 2010, i.s.m. Cordaid, een eigen schaduwverkenning uit te voeren naar de toekomst van de krijgsmacht. Door een groep studenten te trainen en in staat te stellen zelf een oordeel te vormen over de krijgsmacht en op basis daarvan een bijdrage te leveren aan het maatschappelijk debat. Door verschillende publieksbijeenkomsten te organiseren over de toekomst van de krijgsmacht.

Voor IKV Pax Christi geldt dat menselijke waardigheid de grondslag vormt voor vrijheid, gerechtigheid en vrede in de wereld. Menselijke waardigheid vormt het fundament voor de internationale rechtsorde en de standaard voor het beleid op gebied van defensie, buitenlandse zaken en ontwikkelingssamenwerking. Indien genocide, oorlogsmisdaden, etnische zuivering en misdaden tegen de menselijkheid de menselijke waardigheid bedreigen dan is de internationale rechtsorde in het geding en dient in uiterste omstandigheid en onder restrictieve voorwaarden de Nederlandse krijgsmacht een rol kunnen spelen.

Op basis van onze eigen verkenningen in 2010 heeft IKV Pax Christi zich uitgesproken voor een krijgsmacht die als protection force burgers kan beschermen tegen de meest ernstige misdrijven. Een krijgsmacht die zich toelegt op stabiliteitsmissies maar ook voldoende vuurkracht heeft om in gewelddadige conflicten te interveniëren en burgers te beschermen.

Zo’n krijgsmachtprofiel heeft ook consequenties voor de inrichting van de krijgsmacht. Wapensystemen en krijgsmachtonderdelen die niet of minder geschikt zijn voor de bescherming van burgers moet Nederland afstoten, dus bijvoorbeeld geen onderzeeboten, geen overgekwalificeerde JSF, geen militair verouderde nucleaire vrije val bommen. En waar nodig moet Nederland investeren in wapens en onderdelen die voor de bescherming van burgers essentieel zijn: gendarmerie die politionele taken uitvoert, tactische transport capaciteit, intelligence, voortzettingsvermogen.

De keuze van IKV Pax Christi in 2010 voor een krijgsmacht als protection force valt nagenoeg samen met de keuze voor een robuuste stabiliseringsmacht van Clingendael in 2013.

Er is echter wel een markant verschil. IKV Pax Christi wil de krijgsmacht inzetten voor een humanitair belang. De protection force die IKV Pax Christi bepleit richt zich op de veiligheidsbelangen van burgers. De robuuste stabiliteitsmacht van Clingendael richt zich op een diffuse mix van nationale belangen.

IKV Pax Christi pleit voor een krijgsmacht die zich richt op de handhaving en bevordering van de internationale rechtsorde door zich te specialiseren in de bescherming van de human security van burgers, daar waar deze door de ernstigste misdrijven wordt bedreigd.
Nederland kan daar met zijn ervaring in fragiele staten en met zijn 3D-benadering een eigen politiek profiel op ontwikkelen. De krijgsmacht als protection force geeft Nederland in combinatie met buitenlandsbeleid en ontwikkelingssamenwerking aanzien en invloed in internationale arena’s.

En voor wie die allemaal te altruïstisch in de oren klinkt. Een krijgsmacht die zich specialiseert als protection force draagt natuurlijk ook bij aan economische belangen van een op export gerichte handelsnatie en aan duurzame stabiliteit en veiligheid. Bovendien, ook niet onbelangrijk, een eenduidige keuze voor een krijgsmacht die zich laat leiden door humanitaire belangen zal bijdragen aan de maatschappelijke steun voor de krijgsmacht.
De eenduidige keuze voor een humanitair belang vergt een politieke keuze die Clingendael begrijpelijk uit de weg, voor IKV Pax Christi ligt dat uiteraard anders.

In het debat over de toekomst de toekomst van de krijgsmacht vallen mij een aantal zaken op.

  1. Keer op keer blijkt dat er geen breed gedeelde visie op het nationale belang van Nederland bestaat. In Noorwegen heeft het Ministerie van Buitenlandse Zaken enkele jaren geleden in een brede politieke en maatschappelijke discussie de Noorse nationale belangen in een globaliserende wereld in kaart gebracht. De Noorse belangen bleken geen nationale belangen te zijn maar vooral collectieve belangen. Jammer dat Nederland nooit het Noorse voorbeeld heeft gevolgd.
  2. Toekomstverkenningen voeren steevast een reeks strategische bedreigingen op ter legitimering van de krijgsmacht. Het valt niet te ontkennen dat bijvoorbeeld schaarste aan strategische grondstoffen of belemmering van zeeroutes een bedreiging kunnen vormen. Ook Clingendael voert deze op als bedreiging van de nationale veiligheid en veronderstelt impliciet dat de krijgsmacht deze bedreigingen kan afslaan. Er vindt zo een securisatie plaats van vraagstukken die in mijn ogen geen militaire maar juist een politieke oplossing vergen.
  3. Statelijke perspectieven domineren de toekomstverkenningen. Hoe vanzelfsprekend is dat eigenlijk in een wereld waarin gewelddadige conflicten geen grenzen kennen, waarin niet-statelijke actoren een dominante rol spelen, waarin de hearths and minds van burgers een succesfactor voor missies vormen? Het perspectief van staten behoeft aanvulling met het perspectief van burgers.
  4. De politiek laat de toekomst van de krijgsmacht vooral bepalen door militair materieel in plaats van politieke visie. Het geeft te denken dat militairen klagen dat de lobby van het bedrijfsleven een te sterke invloed heeft op de inrichting van de krijgsmacht.
  5. Het debat over de toekomst van de krijgsmacht speelt zich te veel af onder insiders en belanghebbenden. De toekomst van de krijgsmacht heeft meen ik baat bij een breder maatschappelijk en parlementair debat. Het is natuurlijk hoogst merkwaardig dat het Eindrapport Verkenningen niet eens in het parlement is besproken, laat staan in de samenleving.
  6. De toekomst van de krijgsmacht hangt ook af van de politieke wil om de krijgsmacht in te zetten. Die wil lijkt de laatste jaren te zijn verdampt, mede onder invloed van gemengde ervaringen in Irak en Afghanistan. In Als de krijgsmacht niet zichtbaar is omdat de politiek beducht is voor de electorale risico’s dan zullen er meer bezuinigingen volgen.

Tenslotte. Het is bijkans onmogelijk over de toekomst van de krijgsmacht te spreken zonder daarbij de JSF te betrekken want de JSF kannibaliseert op de overige krijgsmacht onderdelen.

De JSF is voor de protection force die IKV Pax Christi bepleit een overgekwalificeerde straaljager waarvan de kostbare voordelen steeds duurder uitvallen en snel achterhaald zullen zijn door moderne radartechnologie en onbemande drones.

De JSF ligt zeven jaar achter op de planning en kost 70% meer dan de eerste kostenramingen. Juist nu de technisch problemen onder controle lijken slaan de bezuinigingen in de VS toe. Uitstel en afstel van bestellingen door Amerikaanse krijgsmachtonderdelen (marine) drijven de prijs per stuk op, en dat kan weer leiden tot verdere afbestellingen. Amerikaanse defensiespecialisten spreken over een kaartenhuis, de JSF dreigt volgens planners in het Pentagon in een dodelijke spiraal te raken. Nederland kan beter de schietstoel gebruiken en uitstappen voordat de kosten nog verder toenemen. Anders zitten we straks met een krijgsmacht die enkel een vliegende interventiemacht kan zijn en de facto in dienst zal staan van Amerikaanse politieke belangen waarop Nederland weinig invloed kan uitoefenen.”

Schrijf je in voor de nieuwsbrief