Na de Russische inval in Oekraïne besloten veel Europese landen hun defensiebudgetten flink op te schroeven. Plotseling kwam er kritiek op de handelswijze van banken en pensioenfondsen. Die investeren de afgelopen jaren namelijk steeds minder in de wapenindustrie en dat is een positieve ontwikkeling. Maar nu Oekraïne zich moet verdedigen tegen de Russische agressie, vinden mensen uit de defensietop en oud-militairen dat de financiële sector opnieuw geld moet investeren in wapenfabrikanten.
Deze gedachte lijkt logisch: we moeten immers onze Europese democratische waarden verdedigen tegen regimes als het Kremlin. De wapenindustrie laat echter op geen enkele manier blijken deze waarden te willen verdedigen: hun primaire belang is het behalen van omzet, niet het borgen van vrijheid. Zolang dat het geval is, blijft investeren in de wapensector fout. Niet de pensioenfondsen en banken moeten veranderen, maar de wapensector zelf moet maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen.
Regimes als het Kremlin
Een van de grote problemen van alle grote Europese en Amerikaanse wapenfabrikanten is dat zij wapensystemen verkopen aan regimes die hun burgers gewelddadig onderdrukken of stelselmatig het oorlogsrecht schenden. Regimes die dus erg lijken op het Kremlin. Europees defensiebedrijf Thales leverde zelfs nog ná de annexatie van de Krim in 2014 wapensystemen aan Rusland: Oekraïners treffen de warmtebeeldcamera’s van Thales aan in pantservoertuigen die ze nu op de Russen veroveren.
Vrijwel alle grote wapenproducenten in de EU en VS exporteren hun waar naar bijvoorbeeld Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten (VAE). Beide landen staan bekend om de schending van mensenrechten en het oorlogsrecht, en hebben niets met Europese democratische waarden. Logisch dat financiële instellingen niet in deze wapenbedrijven willen investeren: zij willen geen geld steken in bedrijven die betrokken zijn bij geweld tegen burgers.
Geen toestemming voor wapenexporten
Nederland geeft al sinds 2018 geen toestemming voor wapenexporten naar Saoedi-Arabië en de VAE. Omdat vrijwel alle grote wapenfabrikanten dat juist wel doen, is het op zijn zachtst gezegd vreemd dat minister Ollongren, staatssecretaris Van der Maat en Commandant der Strijdkrachten Eichelsheim de afgelopen maanden de financiële sector opriepen wapenbedrijven niet langer uit te sluiten van investeringen.
Gekke bezwaren
Oud-Commandant der Strijdkrachten Bauer, tegenwoordig de hoogste militair bij de NAVO, sprak bij televisieprogramma Op1 zelfs over ‘gekke bezwaren’ van pensioenfondsen, om eraan toe te voegen dat het ‘niet onethisch is jezelf te verdedigen.’ Inderdaad voorziet de wapenindustrie onze krijgsmachten, en die van Oekraïne, van militaire middelen, en dat is nodig. Maar diezelfde wapenindustrie levert wapensystemen aan dictators en is betrokken bij de productie van massavernietigingswapens, zoals kernwapens. Het is daarom volkomen logisch dat steeds meer banken en pensioenfondsen, niet langer in deze bedrijven investeren. Standaarden rond verantwoord beleggen – die onze overheid omarmt! – dwingen dat ook af. Dat zijn allerminst ‘gekke bezwaren’.
Hoewel Nederland dus geen toestemming geeft voor wapenexporten naar Saoedi-Arabië en de VAE, roepen hooggeplaatste mensen bij defensie nu op te investeren in een sector die juist deze regimes van wapens voorziet. Deze oproep zaait verwarring en is gericht aan het verkeerde adres: niet de financiële instellingen moeten zich aanpassen, de wapenindustrie zélf moet dat doen. Zolang de wapenindustrie niet verandert moeten banken en pensioenfondsen er mijlenver bij vandaan blijven.
Dit artikel verscheen in de Telegraaf (betaalmuur) en Cor Oudes gaf een uitgebreide toelichting in het programma Nieuwsweekend op NPO. Bekijk ook onze pagina over Oekraïne en onze antwoorden op veelgestelde vragen over de oorlog in Okeraïne