Vrede in Soedan is mogelijk

20 juni 2023

Na de succesvolle evacuatie van Nederlanders uit Soedan, gaat de oorlog onverminderd door. Soedanezen blijven geconfronteerd met het gewapende conflict tussen twee militaire partijen die ooit bondgenoten waren; de Soedanese strijdkrachten (SAF) en de paramilitaire troepen van de Rapid Special Forces (RSF). Het land wordt al tientallen jaren gekenmerkt door machtsstrijd, dictatuur en politieke marginalisering van groepen, in Darfur, Zuid-Kordofan en Blauwe Nijl. Vooral vrouwen, meisjes en minderheidsgroepen worden hierdoor onevenredig zwaar getroffen.

20 jaar geleden ging Darfur al gebukt onder enorme wreedheden begaan door het regime van Bashir. Het was reden voor het Internationaal Strafhof (ICC) om strafzaken te openen tegen 7 voormalige leiders van dit regime, waaronder de voormalige president zelf. De aanhoudingsbevelen werden uitgevaardigd op grond van beschuldigingen van genocide, oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid, die daar vanaf juli 2002 plaatsvonden.

Er is weinig veranderd in het leven van de inwoners, want zij worden nog steeds geconfronteerd met dood en geweld. In deze rampspoed staat de erfenis van het bewind van Bashir centraal. Hij mag dan van het strijdtoneel verdwenen zijn, zijn militaire opvolgers hebben veel van de infrastructuur van zijn regime intact gehouden.

De overblijfselen van Bashir’s dictatuur ondermijnen de democratische overgang in Soedan. Tot overmaat van ramp ontsnapten in april 2023 Ahmed Harun en andere door het ICC gezochte gevangenen uit de gevangenis in Khartoem, waar zij werden vastgehouden. Later werd ook bekendgemaakt dat Bashir door het leger was verplaatst en veilig wordt vastgehouden in het militaire ziekenhuis. Inmiddels is het 14 jaar geleden dat het ICC om de uitlevering van Bashir vroeg. Sindsdien vonden honderden mensen in Darfur de dood, tienduizenden raakten ontheemd en seksueel geweld tegen vrouwen en meisjes viert hoogtij.

Tijdens deze 20-jarige herdenking maken we de balans op: gerechtigheid is niet geschied en gemeenschappen zijn getraumatiseerd door vroegere én recente wreedheden. Bovendien protesteren burgers nog steeds wekelijks voor een overgang naar een door burgers geleide democratische regering. Het onbestraft laten van de massale wreedheden van de afgelopen decennia, geeft een nieuwe impuls aan het huidige conflict. Als de diepere oorzaken van conflicten en het vinden van gerechtigheid niet krachtig worden aangepakt, zullen samenlevingen voortdurend gevangen zitten in cycli van endemisch geweld. Dat blijkt wel uit de cijfers: sinds de onafhankelijkheid in 1956 hebben de Soedanezen 35 staatsgrepen en couppogingen meegemaakt – iets wat geen ander Afrikaans land kan evenaren. 

Door het gewapend conflict in hoofdstad Khartoem en in Darfur, staat de kwestie over duurzame vredesprocessen en het omgaan met het verleden weer centraal. Wat zijn dat, inclusieve vredesprocessen? Hoe ga je tijdens vredesprocessen in Soedan om met schendingen uit het verleden, zodat de geschiedenis zich niet herhaalt? Hoe kunnen we ervoor zorgen dat de slachtoffers tijdens al deze onderhandelingen niet worden gemarginaliseerd? En last but not least, welke periode beschouwen we als ‘verleden’ als het land al tientallen jaren in conflicten verstrikt is?

1. Een van de grootste obstakels in Soedan is dat overgangsjustitie sterk gepolitiseerd is. Wanneer er politieke vredesprocessen en onderhandelingen plaatsvinden, wordt overgangsjustitie vaak een onderwerp van onderhandeling, waarbij immuniteit voor misdaden uit het verleden het gewenste resultaat is voor de daders. In de meeste gevallen zouden deze gewapende actoren wreedheden hebben begaan. Ze hebben zich een weg naar een plek aan de onderhandelingstafel gevochten. Hierdoor verschuift de macht naar de daders, in plaats van naar een inclusieve en slachtoffergerichte aanpak van vrede en recht.

Slachtoffers en slachtoffergroepen hebben het vertrouwen in deze processen verloren, omdat gewapende actoren die wreedheden hebben begaan in gemeenschappen vaak een politieke weg omhoog vinden. Om die reden ontmoedigen de discussies over strafmaatregelen hen, om volledig vertrouwen te hebben in een formeel vredes- en justitieproces. Helaas wordt ook de internationale gemeenschap ervan beschuldigd aan dit patroon bij te dragen. Het voeren van een dialoog met een regime dat bloedsporen nalaat, stuit op dilemma’s van vrede versus rechtvaardigheid.

2. Een ander obstakel voor vrede en een overgangsproces is dat men er in het verleden niet volledig in geslaagd is een ruimere definitie van overgangsjustitie te hanteren, dan alleen gerechtelijke vervolging. Onder een ruimere definitie verstaan we de rehabilitatie van slachtoffers en maatschappelijke verzoening. Zonder strafrechtelijke vervolging krijgen waarheidsvinding, herdenking en gemeenschapsherstel geen ruimte en is de kans op herhaling van geweld groot, vooral in conflictgevoelige staten als Darfur. Ondanks de wens voor berechting door speciale rechtbanken, wat de inwoners van Darfur toejuichten, in het kader van het vredesakkoord van Juba van 2020 zijn de grootste obstakels het gebrek aan uitvoering. Het gebrek aan politieke wil en het falen om de veiligheidssector aan te pakken leidt tot een cultuur van straffeloosheid.

Kortom, elke poging tot gerechtigheid en conflicttransformatie in Darfur en breder Soedan moet inclusieve elementen bevatten van waarheidsvinding, erkenning, het herstel van vertrouwen van de burgers en het opbouwen van sociale solidariteit. Aan de basis hiervan ligt een stabiele, coöperatieve, door Soedan geleide en gekozen democratische regering, die bereid is ten volle deel te nemen aan de verwerking van het verleden.

Brilliant Nyambi
medewerker team Afrika bij vredesorganisatie Pax

Schrijf je in voor de nieuwsbrief