Srebrenica, onderduikers en corona… een dag in het leven van PAX’er Dion

17 april 2020

Terwijl we deze weken op veel plaatsen in Nederland de bevrijding zouden herdenken, met festivals, optochten en ceremonies, is er 75 jaar na de oorlog een andere vijand die ons leven beheerst: het coronavirus. Dion van den Berg deelt zijn belevenissen in deze rare tijden. ‘Ik hoop op solidariteit. En dat overheden wegblijven bij totalitaire ingrepen.’

Vijfenzeventig jaar geleden werd Velp bevrijd. Dat had gevierd moeten worden, natuurlijk. Een ceremonie stond op het programma bij het Monument van Moedige Mensen, dat de vele helden van Velp eert. Mijn grootouders, van vaders kant, waren van die helden. Aan het eind van de oorlog kwamen er veertien joden hun toch niet te grote huis op Jeruzalem, ja zo heette en heet die straat, uitlopen. Ik zou zelf gesproken hebben op die herdenking vandaag.

Srebrenica

Ik ben niet in Velp, maar zit thuis in Tilburg achter de computer. Collega’s van het Europateam zitten achter hun eigen scherm voor de teamvergadering. Ieder in zijn of haar huis. We kijken elkaars huizen in, een soort van voyeurisme. Nieuwe dingen starten blijkt lastig. Maar er is ook goed nieuws. Het onderzoek dat we lieten doen naar de plek van Srebrenica in het Nederlands onderwijs (veel te weinig aandacht) komt op het NOS Journaal deze zaterdag. Samen met communicatie-collega Anne Leenen schaaf ik aan een persbericht. Er wordt geblaft, niet door collega’s. Even het huis uit voor een snel rondje met de hond. Het beest besnuffelt naar eer en geweten soortgenoten, terwijl de baasjes als elkaar afstotende magneten eromheen draaien. De dingen zijn niet hoe ze waren.

Première afgelast

In de avond kijk ik de documentaire ‘Verborgen in Velp’ van Sacha Barraud, over hoe het leven in het dorp was tijdens de oorlog. Hij had vandaag in première moeten gaan, dat gaat ook niet door. Corona lijkt een grote gum die links en rechts van alles moois uitwist.

Gelukkig is de film wel online te zien. Barraud heeft sterk gebruik gemaakt van het indrukwekkende gelijknamige boek van Gety Hengeveld-de Jong. ‘Al die namen…’ hoor ik collega Hein, die naar mijn blogs kijkt, al zeggen. ‘Een documentaire aanhalen is prima, waarom moet per se de maker erbij? Ook in een blog moet je een teveel aan details vermijden’. Mee eens, maar in dit geval zijn het geen details. Het zijn de mensen die de geschiedenis redden uit de klauwen van de vergetelheid en de mensen en daden van toen weer tot leven roepen. Laten we dus niet alleen de namen noemen van hen die niet meer in leven zijn maar ook van degenen die hen voor ons levend houden.

Onderduikers

Ik zit zelf ook in de documentaire, vertel over mijn vader en grootouders. Over de onderduikers ook. Een van hen is Mirjam Kerkoet. Ze zat als meisje in 1942 met vriendin Edith daar in huis. Ze weet het nog goed. ‘De jongens konden op school kattenkwaad uithalen, want wij vonden het wel leuk om strafregels te schrijven. Hadden Edith en ik ook wat te doen. Elke veertien dagen zaten we wel weer een keer te schrijven. Zij haalden voor ons altijd boeken in de bibliotheek, zo konden we iets terugdoen.’

Voorschriften RIVM

In een dorp aan de Lei, in het verzorgingshuis waar mijn schoonouders wonen, beide 90+, is een eerste coronageval geconstateerd, op hun gang, zo wordt mijn vrouw ‘s avonds telefonisch gemeld. Er hoeven vooralsnog voor de overige bewoners geen extra maatregelen genomen te worden. Bezoek mocht al niet, maar alleen extra beschermende maatregelen op de kamer van deze mevrouw of meneer zijn nodig, “in lijn met de voorschriften van de RIVM”. Als de hoorn erop ligt, komen de vragen. Juist vandaag is er veel aandacht voor het gebrek aan beschermingsmiddelen in de verpleeghuizen, maar dat zou daar niet hoeven? Verwarring en zorg over hun welbevinden. Het is inmiddels voorbij het middernachtelijk uur, in huis is het stil, de hond heeft z’n laatste rondje van de dag gehad. Geen geluiden meer. Of toch wel… ik hoor mijn vrouw naar beneden gaan. Ze zal vannacht weer heel weinig slapen.

Om de gedachten te verzetten, kijk ik nog wat filmpjes op de website van Velp voor Oranje. Ik wist dat de joodse onderduikers mijn grootouders geld hadden gegeven, het was geen rijk gezin en er waren veel kosten. Maar ik hoor een detail waar ik nog niet van op de hoogte was. Mijn grootouders leenden ook geld van hen. Mirjam Kerkoet haalt de herinnering op: ‘Dat werd dan genoteerd. En dat hebben ze na de oorlog direct terugbetaald, toen Anna weer een zaakje had.’

Solidariteit

Anna was mijn grootmoeder. Ik heb altijd veel bewondering gehad voor haar durf en mededogen. Nu 75 jaar na de bevrijding een heel ander soort vijand door de straten waart, wereldwijd, hoop ik op net zoveel solidariteit. En dat overheden wegblijven bij totalitaire ingrepen. Er zullen later ook documentaires verschijnen over deze tijd. Laten we hopen dat we dan met bewondering naar de verhalen van nu kunnen kijken.

Steun ons vredeswerk en onze activiteiten

Word donateur van vredesorganisatie PAX of steun ons met een eenmalige bijdrage. Iedere gift is hard nodig en waarderen wij enorm. Bedankt!