Het Zweedse oliebedrijf Lundin begon in 1997 met de exploitatie van olievelden in het zuiden van Soedan. In het Unpaid Debt-rapport dat PAX in 2010 publiceerde, leggen we een verband tussen het Zweedse oliebedrijf en de oorlogsmisdaden van het Soedanese leger. In een gruwelijke oorlog om controle over de olie kwamen tussen 1998 en 2003 naar schatting 12.000 mensen om. Een gebied zo groot als België werd vernietigd, geplunderd en ontvolkt.
De verdachten beschuldigen het OM in Zweden ervan dat het zijn werk niet deed en zich liet leiden door het rapport van PAX. De getuigenis van Wesselink over de werkwijze van PAX is daarom van groot belang.
‘Ik heb twee dagen acht uur lang tegen zes rechters, vier aanklagers en vier advocaten aangekeken. Achter mij zaten ook nog eens vier advocaten. Niemand die mij aankeek, niemand die ook maar ergens op reageerde,’ vertelt Wesselink over zijn getuigenis. ‘Hierdoor werd het een vrij emotieloze toestand, maar daardoor kon ik me wel goed concentreren.’
PAX is geen partij in de zaak, Wesselink was aanwezig als getuige. Het enige doel van de Lundin was om de geloofwaardigheid van PAX en Wesselink te ondermijnen.
‘Toch vond ik het niet intimiderend,’ verstelt Wesselink, ‘Ik was ook niet zenuwachtig, want ik had me goed voorbereid. Ik wist precies wat ik wilde vertellen. Aan het einde van de dag zat het OM te glimmen van plezier. De rest keek bijzonder sip. Daar kon je wel uit afleiden dat ze geen sterke zaak hadden. De verdediging probeerde mij pootje te lichten met twee futiliteiten. Ik dacht alleen maar: Is dit alles?’
De rechtszaak is ook belangrijk omdat er voor het eerst er in het openbaar naar de slachtoffers wordt geluisterd. Zoiets schrikt bedrijven af om in conflictgebieden te werken zonder rekening te houden met de bevolking.
De uitspraak wordt pas eind volgend jaar volgend jaar verwacht.