De moord op journalist Jamal Khashoggi zette de Saoedische koninklijke familie meer onder druk dan het immense menselijke leed in Jemen, grotendeels veroorzaakt door een coalitie onder leiding van Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten (VAE). Vooral voor Jemenieten staat de publieke verontwaardiging over de moord op Khashoggi in schril contrast met het gebrek aan media-aandacht voor de vele tienduizenden mensen die zijn gedood in het conflict. Sinds het begin van het militaire offensief in maart 2015 tegen de gewapende oppositie tegen de regering zijn tussen de 70.000-80.000 mensen gedood in Jemen.
2000 doden per maand
Volgens ACLED, een onafhankelijke slachtofferrapportage-organisatie, neemt het aantal toe met meer dan 2000 per maand. Belangrijk is dat ACLED niet diegenen meerekent die sterven aan ondervoeding of ziekte, zoals cholera – oorzaken die echter rechtstreeks verband houden met de oorlog. De intensivering van de gevechten rond de haven van Hodeidah, sleutel voor hulp en andere invoer van eerste behoeften, is daarbij een extra slecht teken. De gegevens van ACLED wijzen op aanzienlijk meer sterfgevallen dan het getal van 10.000 dat de meeste media al twee jaar gebruiken.
Ziekenhuizen en schoolgaande kinderen
Een andere onafhankelijke monitoringgroep, het Jemen Data Project, heeft gegevens verzameld over de locatie en doelen van de luchtoorlog. De coalitie heeft in totaal 16.749 luchtaanvallen uitgevoerd van 26 maart 2015 tot 25 maart 2018. Een gemiddelde van 15 bombardementen per dag waarvan 31% gericht waren op niet-militaire locaties. De Saoedi’s en hun achterban houden vol dat deze aanvallen vergissingen zijn geweest. Anderen zeggen dat veel van de civiele doelen expres zijn geraakt, inclusief ziekenhuizen, schoolgaande kinderen, vissersboten, fabrieken en begrafenissen.
Botte Trump
Terwijl kleinere wapenleveranciers in Europa meer terughoudend zijn in het omgaan met wapenexporten in verband met het conflict in Jemen, hebben de drie belangrijkste leveranciers aan de olierijke Golfstaten – de VS, het VK en Frankrijk – hun uitvoer aanzienlijk zien groeien sinds 2015. De moord op Khashoggi heeft die realiteit tot nu toe niet veranderd. “Ze geven 110 miljard dollar uit aan militair materieel en aan dingen die banen […] creëren voor dit land. Ik hou niet van het idee om een investering van $ 110 miljard in de Verenigde Staten stop te zetten”, was de niet verrassende reactie van de Amerikaanse president Trump, die de werkelijke waarde van lopende militaire deals overigens enorm opblaast.
Macron en ‘vrede’
Voor het VK en Frankrijk is het nauwelijks anders, hoewel ze niet zo bot zijn als Trump. Het was moeilijk om de ironie te negeren van de Franse president Macron die in november het vredesforum van Parijs organiseerde. “Het spijt me Geachte @EmmanuelMacron. Je kunt niet genieten van het idee om vrede te bouwen terwijl je wapens verkoopt aan #Saudis en de ramp in #Yemen negeert. Stemmen van slachtoffers zijn misschien niet hard genoeg nu, maar zullen nooit verdwijnen en hun lijden zal deel uitmaken van je CV”, tweette de bekende Jemenitische activiste Radhya Almutawakel.
Slechte invloed Brexit
In Engeland gaat de Campaign Against Arms Trade in beroep tegen een rechterlijke beslissing die de export van wapens naar Saoedi-Arabië rechtvaardigt. Dit terwijl de Tory-regering de wapenexport meer dan ooit doordrukt in de nasleep van de Brexit. Anderen, zoals Spanje, zijn teruggekomen op een eerdere belofte om te stoppen met het exporteren van bommen naar Saoedi-Arabië, uit vrees voor de annulering van een veel grotere maritieme deal met de Golfstaat. In Duitsland bemoeilijkt een lopende maritieme deal de oproep van Merkel om stappen te ondernemen op Europees niveau.
Weinig verandering verwacht
Het ‘gemeenschappelijke standpunt’ van de EU inzake wapenuitvoer wordt dit jaar herzien. Er wordt niet veel echte verandering verwacht in de tekst, noch in de bijbehorende gebruikershandleiding. Anders dan dat label ‘gemeenschappelijk’ suggereert, passen veel lidstaten, met name het VK en Frankrijk, die Europees overeengekomen normen totaal verschillend toe. Daarmee is het EU-wapenexportbeleid ook heel erg de goede bedoeling van sommige staten om “hoge gemeenschappelijke normen” toe te passen tegenover de dominante wapenexporterende landen voor wie dergelijke uitvoer een belangrijk instrument voor het buitenlands beleid is, zo niet de levensader voor hun industrie.
Beter laat dan nooit
Het Europees Parlement (EP) heeft de afgelopen jaren verschillende (niet-bindende) resoluties over dit onderwerp aangenomen, waaronder oproepen voor een EU-wapenembargo tegen Saoedi-Arabië. Tot dusverre hadden deze oproepen maar weinig impact. Ironisch genoeg komt door de moord op Khashoggi daar langzaam verandering in: meer en meer landen geven aan dat het zo niet langer kan. De hindernissen blijven onverminderd groot, maar het zou goed zijn als alle partijen die het embargo in het EP hebben gesteund, nu steun zoeken in eigen land. Met EP-verkiezingen in mei 2019 zou een wapenembargo beter laat dan nooit zijn.