Vorige maand bracht ik een bijzonder bezoek aan Oekraïne. Het was bijzonder voor mijzelf om me, na een periode van rustiger aan doen, weer tien dagen onder te dompelen in de context van een land waartegen nog steeds een brute oorlog gevoerd wordt.
De gevolgen daarvan zijn alom voelbaar. Na een jaar aanwezigheid neem ik de veranderingen in het dagelijks leven scherp waar. Klein maar merkbaar, vertellen ze elk een eigen verhaal. De oorlog is overal in de details aanwezig; tegelijkertijd gaat het leven zijn ‘gewone’ gang. Mensen zijn eraan gewend geraakt, en al beseffen ze tegelijkertijd dat het niet echt normaal is.
Ik zie de vele advertenties voor militaire bataljons, die keuzevrijheid en kwaliteit van opleiding als voornaamste troeven naar voren brengen. Ik verbaas me over de hoeveelheid Russisch die ik hoor in de straten van Kyiv. Wel is de standaardtaal voor het aanspreken van onbekenden nu overal Oekraïens, anders dan voor de invasie van 2022. Ik zie dat de straten voller lijken, maar de cafés veelal vaak bijna leeg zijn. De avondklok en stroomuitvallen zijn deel van het leven geworden, en ik besef hoezeer onze moderne samenlevingen afhankelijk zijn van elektriciteit: voor watertoevoer, betalingsverkeer en vervoer.
In Oekraïne is het een periode van bijzondere overgangen, waarvan ik de misschien wel markantste drie wil noemen:
Tijdens mijn verblijf, op 20 mei, loopt de formele ambtstermijn van president Zelensky af. Ik herinner me hoe ik vijf jaar geleden, min of meer bij toeval, aanwezig was bij zijn inauguratie. In zijn toespraak onderstreepte hij het belang van mensen boven grondgebied en leek hij vol goede hoop de gelokaliseerde oorlog in de Donbas te kunnen beëindigen. Maar de oorlog is al meer dan twee jaar alom aanwezig en verkiezingen staan onder de huidige omstandigheden voorlopig niet op de agenda. Het is niet mogelijk om mensen veilig naar de stemlokalen te laten komen, niet mogelijk om kiezerslijsten op te stellen die vastleggen wie zich waar werkelijk bevindt, om campagne te voeren, om kandidatenlijsten op te stellen of stembureaus te bemensen. Parlementsverkiezingen zijn in oorlogstijd zelfs grondwettelijke verboden – evenals grondwetswijzigingen. De president blijft dus aan, en hoewel er wel ongerustheid is over de geslotenheid van de presidentiële administratie, is daar verder weinig discussie over: het kan niet anders. Behalve verwoede pogingen van de Russische propagandamachine om Zelensky als illegitiem af te schilderen, is van deze overgang vrijwel niets te merken.
De mobilisatiewet, die twee dagen eerder is ingegaan, heeft meer invloed op het openbare leven. Alle potentieel dienstplichtige mannen tussen de 18 en de 60 moeten zich als reservist registreren en een milde medische keuring ondergaan. ‘Mild’ betekent vooral dat er maar weinig redenen goed genoeg zijn om afgekeurd te worden. In sommige steden wordt op straat gecontroleerd op de registratie en soms worden ook oproepen tot dienstplicht uitgedeeld, zoals één van onze samenwerkingspartners overkwam – hij is nu een vredesactivist aan het front. En hoewel opname in het reservistenregister niet automatisch leidt tot een oproep om daadwerkelijk in dienst te gaan, zijn er mannen die hun uiterste best doen om de registratie te vermijden. Sommigen komen het huis helemaal niet meer uit, anderen worden door hun vrouw in de kofferbak van de auto naar het werk gebracht, waar de werkgever een oogje dichtknijpt: formeel is die verplicht mee te werken aan de uitvoering van de registratieplicht. Andere werkgevers nemen die verplichting wel serieus, waaronder de Nederlandse ambassade. Het valt niet te rijmen dat de Nederlandse overheid wapens levert waarmee Oekraïne haar grondgebied kan verdedigen, maar vervolgens zou verhinderen dat er voldoende mensen zijn om die verdediging op zich te nemen. De wet heeft ook invloed op de arbeidsmarkt, die al met krapte kampte vanwege eerdere mobilisatie en migratie. Enerzijds zijn mannen nu niet geneigd om vaste betrekkingen aan te nemen, uit angst voor de verplichte registratie, anderzijds aarzelen bedrijven om mannen aan te nemen, aangezien er een reële kans is dat ze op korte termijn worden opgeroepen voor het leger. Waar tot voor kort gediscrimineerd werd tegen vrouwen vanwege het ‘risico’ dat die met zwangerschapsverlof zouden kunnen gaan, zijn nu mannen de minder favoriete werknemer. Het zijn ingewikkelde dilemma’s op het spanningsveld tussen individuele en collectieve belangen.
De derde overgang, en de meest merkbare, is die van lente naar zomer. De eerste dagen ril ik in mijn zomerjas met een trui eronder, als de temperatuur ’s nachts naar vijf graden daalt en ik een paar uur op een rijtje stoelen doorbreng in een ondergrondse parkeergarage die dienstdoet als schuilkelder. De laatste dagen is het zo warm dat het zaak wordt om de schaduw op te zoeken. Zwaluwen zwieren over de daken en waar vroeger mijn voornaamste associatie met Kyiv in mei er één was van bloeiende kastanjebomen langs de hoofdstraat Chresjtsjatyk, komen daar dit keer de acacia’s bij, die alles onderdompelen in een zoete geur en daarna de straten bestrooien met wit-lichtgroene confetti. Op 23 mei komt ook de eerste zomerse onweersbui overdrijven: de eerste regen deze maand. De oogst zal dit jaar niet best zijn wegens grote droogte en, meer naar het oosten, de late vorst, en dat betekent dat we wereldwijd een nieuwe stijging van voedselprijzen kunnen verwachten. En dat is maar één van de vele manieren waarop wij verbonden zijn met wat er elders op het continent gebeurt.
Ook op menselijk niveau ervaar ik die verbondenheid. Al mijn gesprekspartners blijken op de hoogte van verdrietige gebeurtenissen in mijn eigen leven, en het – helaas in vele gevallen gedeelde – leed levert nieuwe gespreksdynamieken op. Mensen willen hun verhalen delen. Er eenvoudigweg zijn en echt luisteren is nog steeds van waarde. Velen zijn moe, sommigen verbitterd, of somber over wat de toekomst zal brengen: er zijn geen scenario’s denkbaar waarin alles goed komt; er is simpelweg te veel kapotgemaakt. Mensen beseffen inmiddels dat dit geen sprint is, maar een marathon. Niemand weet waar de finish ligt, wie de finish zal halen, of wat ze daar zullen aantreffen. Dat stemt niet vrolijk, maar de vastberadenheid is er niet minder om. Het leven is niet altijd leuk, maar het blijft het waard om je in te zetten voor wat je echt belangrijk vindt.