Blogs uit Oekraïne: Dag 15 van de oorlog

Beeld: Foto © Anton Skyba for the Globe and Mail Today

10 maart 2022

De afgelopen vijf jaar runnen PAX en partner Dignity Space de ‘Peace Engineer School’, waar Oekraïners werden getraind in geweldloze communicatie, dialoogfacilitatie, crisisonderhandelingen en inclusieve besluitvorming om conflicten tussen verschillende groepen in samenleving op te lossen. Meer dan 60 mensen hebben het trainingsprogramma aan de school afgerond of zaten in de laatste fase van hun leertraject toen de oorlog begon. Ze zijn nu allemaal op verschillende plaatsen: sommigen zijn in hun geboorteplaats gebleven, anderen zijn naar andere (veiligere) delen van Oekraïne gegaan, weer anderen vluchtten naar andere Europese landen. Allemaal hebben ze hun verhaal te vertellen: wat ze om zich heen zien gebeuren, wat het voor hen persoonlijk betekent en hoe ze ermee omgaan. We spreken ze meerdere keren per week en delen hun verhalen hier. Ze zijn het er allemaal over eens dat het belangrijk is om deze verhalen te delen, zodat mensen in het buitenland kunnen horen wat de oorlog echt met mensen doet / hoe het echt is voor mensen om een oorlog door te maken. 

10 Maart (dag 15 van de oorlog) 

K besloot met haar man in Kyiv te blijven. 

Ze stuurden hun jongste zoon naar zijn grootouders, terwijl de oudste zich bij een territoriale verdedigingseenheid heeft aangesloten. Ze draait nachtdiensten en coördineert vrijwilligers die mensen helpen die vluchten bij het treinstation van Kyiv. Ze ziet er uitgeput uit, grote grijze kringen onder haar ogen. 

“Hoe ik me voel vandaag? Zoals psychologen het beschrijven: het gaat in golven. Ik kan soms zelfs gelukkig zijn. En dan op andere momenten totaal wanhopig. Ik wil de gewoonte uitschakelen om empathisch te zijn voor iedereen.”

Op dit moment staat veiligheid voorop. De meeste mensen begrijpen dit; maar er zijn mensen die de situatie niet adequaat opnemen, en ik begin me automatisch in hen in te leven. Dit helpt die mensen, maar heeft effect op anderen, die natuurlijk ook hun verhalen hebben die ze willen delen – en daar heb ik geen energie voor… De uitdaging is om de haat niet de overhand te laten nemen, maar aan de andere kant deze zachtheid ook niet binnen te laten komen. Mijn ogen willen dicht zodat ik al deze horror niet zie. 

Ik blijf af en toe twijfelen of ik de juiste keuzes maak: door hier te blijven, door mijn jongste zoon weg te sturen… Verschillende vrienden van mij, die psychologen zijn, beginnen me nu te schrijven dat ze terug willen naar Kyiv en hier willen werken, en ze vragen of ze bij mij mogen komen logeren. Anderen vertellen hoe ze 9 uur lang in de rij staan ​​bij de Poolse grens. 

Mijn belangrijkste behoeften die nu worden voldaan, zijn mensen om me heen hebben met wie ik een gedeelde realiteit heb; ze zijn blij me te zien als ik naar buiten kom om te werken. Het zijn voornamelijk jonge mannen en velen vloeken heel wat af; degenen die hun stress op andere manieren uitstorten, niet door te vloeken, hebben het nog moeilijker (ze zitten in een hoek en lezen rustig Blok of Hemmingway), en ik voel veel verbondenheid met hen. Er is warmte en steun. Ik heb genoeg geld, eten, kleding en informatie; Ik heb ook contacten buiten het land die ik kan bellen als dat nodig is. Ik voel me veilig als ik aan het werk ben: er is veel te doen, er is geen tijd om bang te zijn. Ik ben soms bang als ik me klaarmaak om naar mijn werk te gaan. Mijn man is hier bij me en steunt me (hoewel hij zou kunnen vertrekken, aangezien hij ouder is dan 60). Ik heb contact met mijn oudste zoon; hij is ok. 

In de dorpen rond Kyiv (Boetsja etc.; ik kan me de namen van deze plaatsen nu niet eens herinneren) gebeuren er vreselijke dingen. Mensen die het treinstation passeren, vertellen verhalen over troepen die er niet uitzien als etnische Russen, het zijn Boerjatten1 of zo, en het zijn huurlingen. Ze doden de mannen, leggen de lichamen op het centrale plein en plaatsen mijnen eromheen; ze geven de lichamen niet terug aan de moeders, aan de families. Ik heb al zoveel verhalen gehoord over auto’s met gezinnen die beschoten worden als ze proberen uit deze steden te evacueren, vrouwen op de vlucht die opzettelijk worden beschoten; huizen en woonflats die met opzet in puin geschoten worden met tanks. Deze huurlingen worden betaald om te vechten en hebben blijkbaar de instructie gekregen om de bevolking zoveel mogelijk te terroriseren, dus dat doen ze. 

O. is in haar huis in Cherson. 

“Ik werd verkouden terwijl ik me schuilhield in de kelder; ik weet niet zeker of het corona is of iets anders. Ik maak me veel zorgen om mijn kinderen. De oudste is zwanger; ze is nu in Lviv. Ik denk ook veel aan baby’s: hoe ze zich ontwikkelen, hoe ze leren voelen, hoe dit alles hun verdere ontwikkeling beïnvloedt… en ik zou willen dat ik dit allemaal niet wist, dat zou makkelijker zijn… 

Er is zo’n puinhoop in mijn hoofd!” Ze huilt. “Ik huil weer en geef mezelf de schuld: dat ik naar de check-in ben gekomen en geen positieve energie geef, maar juist het tegenovergestelde.”

 

Mijn hele leven ben ik zo’n ‘soldaat’ geweest, altijd anderen steunen; Ik was de ‘volwassen vrouw in het gezin’, die alle problemen oploste – nu blijkt dat ik niet geleerd heb hoe ik hulp moet aanvaarden, en dat is nu een probleem voor mij: zwak zijn, in de positie verkeren dat niet jij anderen helpt, maar anderen jou helpen… dat is moeilijk als je die gewoonte niet hebt. Ik verwijt mezelf dat ik niet veel voor anderen doe, dat ik er op dit moment niet de middelen voor heb. En blijf tegen mezelf zeggen dat ik gezond zal worden en actiever de wereld in zal gaan. 

Na de laatste check-in voelde ik me opgelucht; nooit eerder stond ik mezelf toe om te huilen in het bijzijn van andere mensen, maar deze gemeenschap is een uitzondering; het is de enige ‘familie’ waar ik zwakte kan tonen. Voor mij gaat dit over vertrouwen, en ik ben erg dankbaar dat jullie er zijn. Het helpt om te horen hoe anderen ermee omgaan, dat jullie volhouden, iets doen; dat geeft een beetje hoop.”  

B. kwam oorspronkelijk uit Donetsk en vluchtte in 2014 naar Kyiv. Ze is nu in Polen met haar dochter. 

“Het gaat nu een beetje beter; Ik begin me een beetje te ontspannen… Het lijkt erop dat ik ook last heb van het overlevendensyndroom (survivor guilt). In 2014 was mijn dochter 1 jaar en 7 maanden oud en aan de ene kant was het moeilijker om te vluchten met zo’n klein kind, maar aan de andere kant ook niet: ze vroeg toen niet: ‘mama, wanneer komen we thuis?’… Als ze ‘s nachts huilt en deze vraag stelt, heb ik niet de energie om haar iets uit te leggen, ik zeg gewoon ‘op een dag zullen we terugkeren’…” 
Tranen springen in haar ogen als ze vertelt over haar dochter. 

“Soms voel ik veel haat, vooral tegen de Russische soldaten. Eén van de kinderen van mijn vrienden werd doodgeschoten tijdens de evacuatie.”

 

Een andere vriend, ook uit Donetsk, zit vast in Irpin en kon er niet uit: auto’s met evacués werden beschoten, vluchtende vrouwen werden ter plekke neergeschoten, ze schieten op huizen met tanks – en op deze momenten kan ik niets anders dan haat voelen. 

Ik lees de hulpkreten van mijn vrienden en voel me machteloos, omdat ik die mensen niet kan bereiken. We zijn een grote groep vrouwen en kinderen hier, tot 300 mensen, in een vakantiepark  in Polen, en er beginnen al conflicten binnen de groep te ontstaan, wat ook normaal is in deze omstandigheden. Alle conflicten gaan over dagelijkse levenskwesties. Ik zie hoeveel stress en agressie er is onder de vluchtelingen en begrijp dat ze het ergens naartoe moeten sturen. Er wordt van hen gevraagd dat ze zich gedragen en beleefd zijn tegen de (Poolse) vrijwilligers – dus richten ze hun negatieve gevoelens op elkaar en beginnen elkaar lastig te vallen voor kleine dingen…. Ik beschouw dit als de betere optie, omdat we in veiligheid; we zullen hier met elkaar uitkomen. 

Ik heb eindelijk de ochtendcheck-in gehaald, omdat ik nog steeds het tijdsverschil door elkaar haal. Ik ben blij dat jullie er zijn. Ik ben het zo zat om dierbaren te verliezen… dus het is zo waardevol dat jullie hier zijn, dat we elkaar ondanks de afstand kunnen ontmoeten en dat jullie niet verdwijnen.” 

 

Schrijf je in voor de nieuwsbrief