Gisteren kwam er zeer verontrustend nieuws uit Jemen. De Amerikaanse organisatie Human Rights Watch berichtte dat er vermoedelijk nieuwe landmijnen zijn gelegd door overheidstroepen nabij de hoofdstad Saana.
Door Suzanne Oosterwijk
Nieuwe landmijnen gelegd rondom militaire kampen
Human Rights Watch, een plaatselijke mensenrechten organisatie, en een onafhankelijke journalist van het tijdschrift Foreign Policy baseren hun bevindingen op on-the-ground onderzoek en verklaringen van ooggetuigen. Hieruit ontstaat het beeld dat de Jemenitische Republikeinse Garde in 2011 nieuwe landmijnen heeft gelegd rondom militiare kampen in het gebied Bani Jarmooz, nabij Saana.
In de rapporten worden verschillende typen mijnen geïdentificeerd, onder andere PMN, PMD-6, en GYATA antipersoneel mijnen. Bovendien heeft de Republikeinse Garde naar verluid geweigerd om ontmijners toegang te geven tot het gebied om de landmijnen te kunnen verwijderen en weer veilig begaanbaar te maken.
Burgerslachtoffers
Landmijnen in het gebied hebben gezorgd voor burgerslachtoffers, waaronder kinderen. Het meest recente slachtoffer dat door Human Rights Watch werd geïnterviewed is Fawaz Mohsin Saleh Husn, een 9 jarige jongen uit al-Khabsha. Op 12 april van dit jaar was hij schapen aan het hoeden toen een van de schapen op een mijn stapte. Toen de jongen het schaap te hulp wilde schieten stapte hij zelf op een landmijn, die explodeerde en hem zijn linkerbeen kostte.
Oproep aan Jemen: onmiddellijk onderzoek
Als de aantijgingen van nieuw landmijnengebruik door Jemen worden bevestigd, dan betekent dit een zeer zware overtreding van het internationale Landmijnenverdrag uit 1997. Jemen is lid van dit verdrag, waar wereldwijd in totaal 161 landen bij zijn aangesloten. Het Landmijnverdrag verbiedt aangesloten landen ooit nog landmijnen te gebruiken, te produceren, te vervoeren en op te slaan.
De International Campaign to Ban Landmines, waar zowel IKV Pax Christi als Human Rights Watch bestuursleden van zijn, roept de regering van Jemen op deze serieuze beschuldigingen onmiddellijk te onderzoeken en er voor te zorgen dat de betrokkenen verantwoordelijk worden gehouden voor hun daden. IKV Pax Christi veroordeelt ieder gebruik van landmijnen door wie dan ook en waar dan ook ter wereld en is zeer bezorgd over de veiligheid van burgers in Jemen. Landmijnen kunnen geen onderscheid maken tussen burgers en militairen en eisen vaak nog decennia lang slachtoffers – vooral burgers.
Precies daarom zijn er een aantal cruciale stappen die Jemen onmiddellijk moet nemen, zegt de ICBL. Deze stappen zijn onder andere: de gebieden waar landmijnen liggen moeten worden afgebakend zodat voor burgers duidelijk wordt welke delen van het land niet begaanbaar zijn; er moet helder inzicht worden gegeven in waar landmijnen zijn geplant; de landmijnen die er liggen moeten direct worden geruimd; en er moet gepaste steun worden geboden aan de slachtoffers en hun gemeenschap.
Andere landen: spreek je bezorgdheid uit en dring aan op onderzoek
Er is daarnaast ook een duidelijke boodschap voor alle andere landen die zijn aangesloten bij het internationale verbod op landmijnen, namelijk: spreek onmiddellijk je bezorgdheid uit over dit nieuws en dring aan op onderzoek. Als de aantijgingen kloppen dan is het cruciaal dat andere landen die lid zijn van het verdrag zich hier onomwonden en fel tegen uitspreken. Deze landen nemen deze week in Genève deel aan een internationale conferentie over het Landmijnenverdrag. Canada, Nieuw Zeeland, Noorwegen en Oostenrijk hebben daar hun zorgen over de berichten uit Jemen al geuit en het is van groot belang dat meer landen deze alarmerende berichten addresseren.
Jemen ondertekende in 1997 het Landmijnenverdrag en heeft zich hiermee verplicht om nooit, onder geen enkele omstandigheid, antipersoneelsmijnen te gebruiken of andere door het verdrag verboden activiteiten te ondernemen. Onder de verplichtingen van het verdrag moet Jemen nu onderzoek instellen naar de beschuldigingen dat militaire troepen landmijnen hebben gelegd en tekst en uitleg bieden aan de andere landen die lid zijn van het Landmijneverdrag.
Jemen en landmijnen
Deze nieuwste beschuldigingen aan het adres van Jemen volgen nadat de Landmine Monitor in 2012 documenteerde dat er vermoedelijk nieuwe landmijnen waren gelegd door overheidstroepen in Saana. Hierdoor vielen in januari en maart 2012 slachtoffers, waaronder een jongetje van 10 jaar. Tot op heden heeft Jemen niet op deze aantijgingen gereageerd.
De Landmine Monitor neemt aan dat er in Jemen tussen tussen januari en juli 2012 162 slachtoffers zijn gevallen als gevolg van mijnen of andere onontplofte oorlogsresten (UXO). Hiervan zijn er 110 kinderen, 42 zijn volwassenen (burgers) en 10 ontmijners.
Onder het Landmijnenverdrag moeten landen hun voorraden landmijnen vernietingen. In 2002 verklaarde Jemen dat het de volledige voorraad landmijnen had vernietigd. In 2015 zou Jemen klaar zijn met het ruimen van onontplofte landmijnen die in het land verspreid liggen.
De huidige vermoedens van nieuw landmijnengebruik roepen daarom dus vraagtekens op bij Jemens eerdere verklaring over de vernietigde voorraad. Verondersteld kan worden dat of de eerdere verklaring dat de voorraden vernietigd waren niet klopt, of dat de overheidstroepen sindsdien nieuwe landmijnen hebben verworven. Beide veronderstellingen zijn in schending met het Landmijnenverdrag.